Thema - Woonplezier
Woonplezier gaat over hoe fijn u woont, over wat uw huis een thuis maakt. Maar ook of u zich prettig voelt in uw wijk, buurt of wooncomplex en over uw sociale contacten.
Woonplezier heeft te maken met:
- Sociale contacten die u heeft;
- Mogelijkheden om te ontspannen;
- Veilig voelen in uw woonomgeving.
Hierna vragen we u om deze aspecten te beoordelen voor uw woonsituatie.
Sociale contacten
Betekenisvolle contacten zijn goed voor de gezondheid. Mensen die regelmatig sociale contacten hebben of deelnemen aan verenigingsactiviteiten, zijn vaker gelukkig en gezonder dan anderen. Juist voor senioren is sociaal contact niet altijd meer vanzelfsprekend. Mensen die in de eigen woonomgeving weinig sociale contacten hebben of met contacten die oppervlakkig zijn zonder emotionele verbondenheid, kunnen zich sneller eenzaam voelen.
Kies welke omschrijving het beste bij u past.
Ontspanning
Hoe meer plezier, hoe minder stress mensen ervaren. Daarom is het belangrijk om dingen te doen die u plezier geven.
Bijvoorbeeld hobby's, wandelen, in de tuin werken, op de koffie gaan en activiteiten buitenshuis doen.
Kies welke omschrijving het beste bij u past en klik op dit antwoord
Veilig voelen
Een belangrijke voorwaarde voor woonplezier is dat u zich veilig voelt in en om uw huis. Het gaat hier ook om het ervaren van overlast. En of er in uw buurt sprake is van vandalisme.
Kies welke omschrijving het beste bij u past en klik op dit antwoord.
Thema - Wooncomfort
Wooncomfort gaat over het gemak waarmee u de dagelijkse dingen kunt doen in huis. Wooncomfort heeft te maken met:
- Bedieningsgemak van bijvoorbeeld deuren, ramen en apparaten;
- Gemak waarmee u huishoudelijke activiteiten kunt doen;
- Gemak van lichamelijke verzorging.
Hierna vragen we u om deze aspecten te beoordelen voor uw woonsituatie.
Bedieningsgemak
Elke dag opent en sluit u ramen, deuren en gordijnen. Ook maakt u dagelijks gebruik van kranen, lampen en apparaten. Hoe makkelijk dit gaat, hoe comfortabeler u woont.
Kies welke omschrijving het beste bij u past en klik op dit antwoord.
Huishoudelijke activiteiten
Hoe makkelijker u huishoudelijke activiteiten kunt doen, hoe minder afhankelijk u bent van anderen. Dit draagt bij aan uw zelfredzaamheid. Wellicht heeft u de mogelijkheid om hulp in te schakelen. Daarnaast zijn er ook steeds meer handige hulpmiddelen, zoals bijvoorbeeld de robotstofzuiger.
Kies welke omschrijving het beste bij u past en klik op dit antwoord.
Lichamelijke verzorging
Hoe beter u zichzelf kunt verzorgen, hoe groter uw privacy en hoe meer u zelf kunt bepalen hoe u uw leven leidt. Lichamelijke verzorging gaat over:
- aan- en uitkleden;
- naar het toilet gaan;
- douchen en uzelf wassen;
- uiterlijke verzorging: haar kammen, nagels knippen, opmaken of scheren.
Kies welke omschrijving het beste bij u past en klik op dit antwoord.
Thema - Samenredzaamheid
Samenredzaamheid gaat over aandacht voor elkaar en elkaar een handje helpen. Met (af en toe) hulp van kennissen, vrienden, familie, vrijwilligers en buren is het mogelijk om op een prettige manier zelfstandig te blijven wonen. Die samenredzaamheid wordt steeds belangrijker. Want door de vergrijzing hebben meer mensen zorg nodig. Tegelijkertijd zijn er minder mensen die in de zorg werken.
Samenredzaamheid heeft te maken met:
- Hulpbronnen die beschikbaar zijn;
- Hulp vragen aan anderen als u die nodig hebt;
- De sterkte van uw sociale netwerk.
Hierna vragen we u om deze aspecten te beoordelen voor uw situatie.
Hulpbronnen
Er zijn heel veel vormen van hulp. Bijvoorbeeld: een luisterend oor bieden, praktische hulp (klusjes, boodschappen), aanspreekpunt zijn voor instanties, hulp bij administratie, vervoer naar afspraken, gezelschap bieden of samen eten. Mensen die hulp kunnen bieden, zijn bijvoorbeeld uw directe buren, andere buurtbewoners, familie, vrienden en kennissen, of vrijwilligers. Als u geen beroep kunt doen op anderen, dan zijn er instanties die ondersteuning kunnen bieden.
Kies welke omschrijving het beste bij u past en klik op dit antwoord.
Hulp vragen
Veel mensen vinden om hulp vragen lastig. Vraagt u om hulp als het nodig is? En vragen anderen u wel eens om hulp? Heeft u afspraken gemaakt met anderen over het bieden of krijgen van hulp?
Kies welke omschrijving het beste bij u past en klik op dit antwoord. Als u op dit moment geen hulp nodig heeft, stel u dan voor dat dit wel het geval is.
Sterkte sociale netwerk
Sociale contacten maken het leven leuker, interessanter en kleurrijker. De samenstelling van uw sociale netwerk heeft invloed op hoe sterk het is.
Een netwerk met mensen van verschillende leeftijden, is sterker dan een netwerk met uitsluitend mensen van dezelfde (hoge) leeftijd. Een netwerk waarin mensen elkaar aardig vinden, is sterker dan een netwerk waarin mensen ruzie met elkaar hebben. En hoe meer verschillende soorten hulp mensen (zouden) kunnen bieden, hoe makkelijker u een beroep op iemand kan doen.
Kies welke omschrijving het beste bij u past en klik op dit antwoord.
Thema - Digitale vaardigheden
Digitale vaardigheden zijn van groot belang voor het kunnen houden van regie op uw leven. Ook als u zelf liever kiest voor persoonlijk contact. Digitale vaardigheden hebben betrekking op:
- Digitaal kunnen communiceren, bijvoorbeeld via whatsapp, videobellen of e-mail;
- Praktische zaken en diensten online kunnen regelen;
- Slimme apparaten kunnen gebruiken.
Hierna vragen we u om deze aspecten te beoordelen voor uw situatie.
Online communicatie
Steeds meer mensen en instanties maken gebruik van digitale communicatie. Bijvoorbeeld via e-mail, videobellen of whatsapp.
Kies welke omschrijving het beste bij u past en klik op dit antwoord.
Praktische zaken online regelen
Steeds meer organisaties en instanties verwachten dat u zaken online regelt. Denk bijvoorbeeld aan online bankieren, het aanvragen van een parkeervergunning of het doen van belastingaangifte. Als u digitaal vaardig bent zijn veel diensten makkelijk bereikbaar, bijvoorbeeld het online bestellen van boodschappen, kleding of een herhaalrecept bij de apotheek.
Kies welke omschrijving het best bij u past en klik op dit antwoord.
Bedienen van slimme apparaten
Steeds meer huis- tuin- en keukenapparaten zijn 'slim' (ook wel 'smart' genoemd). Ze zijn verbonden met het internet en kunnen gegevens uitwisselen. Een smart watch kan bijvoorbeeld uw hartslag meten en deze gegevens opslaan. Een slimme weegschaal houdt uw gewicht bij. Deze gegevens kunt u dan bijvoorbeeld delen met uw huisarts of cardioloog. Andere voorbeelden zijn lampen of radio's die u met uw stem kunt bedienen en een robotstofzuiger die zelf bepaalt waar die schoonmaakt. Dit soort thuistechnologie kan uw wooncomfort en zelfredzaamheid sterk vergroten.
Thema - Valpreventie
Wist u dat er in Nederland elke 5 minuten een senior op de Spoedeisende Hulp (SEH) belandt na een valpartij? En wist u dat ruim 550 senioren overlijden na een val in huis?
Valongelukken komen bij senioren vaker voor door slechter zien, verminderde spierkracht, medicijngebruik en omgevingsfactoren (hoe uw huis is ingericht). Een val op leeftijd leidt vaak tot botbreuken en blijvende problemen met bewegen. Dat heeft vaak grote gevolgen. Vaak kunnen mensen na een gebroken heup niet meer zelfstandig wonen.
Gelukkig kunt u zelf veel doen om het risico op vallen te beperken. Valpreventie gaat over:
- Valrisico;
- Bewegen;
- Omgevingsfactoren.
Hierna vragen we u om deze aspecten te beoordelen voor uw (woon)situatie.
Valrisico
Vallen is vervelend en fysieke gevolgen met zich meebrengen. Denk bijvoorbeeld aan een botbreuk of een kneuzing. Ook wanneer u zich niet bezeerd, kan de angst om te vallen een behoorlijke invloed op u hebben. Het aantal keren vallen in een jaar is een belangrijke indicatie voor valpreventiespecialisten. Bent u wel eens gevallen?
Kies welke omschrijving het beste bij u past en klik op dit antwoord.
Bewegen
Als u elke dag voldoende beweegt, heeft u minder risico om te vallen. Dat komt omdat u met bewegen uw spierkracht en evenwicht traint.
De beweegrichtlijn is elke dag 30 minuten matig intensief bewegen. Matig intensief betekent dat uw hartslag omhooggaat bij het bewegen, maar dat u nog wel kunt praten. Dat hoeft niet op een sportschool. Lopend uw boodschappen doen, dagelijks een ommetje maken, traplopen, het huishouden doen en tuinieren, zijn ook vormen van beweging. Daarnaast is het belangrijk dat u twee keer per week spierversterkende oefeningen doet.
Kies welke omschrijving het beste bij u past en klik op dit antwoord.
Omgevingsfactoren
De inrichting van uw woonomgeving kan het risico op vallen vergroten. Het gaat om de kans op vallen door:
- losse kleedjes, kabels op de vloer, weinig ruimte tussen meubels, of door ongelijke bestrating;
- gladde vloeren in de badkamer of alg op de tuintegels;
- losse spullen op de trap of 's nachts de trap af moeten om naar het toilet te gaan;
- ver moeten reiken en bukken, op krukjes staan, of over de rand van het bad stappen;
- met kleding achter de deurkruk blijven hangen.
Kies welke omschrijving het beste bij u past en klik op dit antwoord.
Thema - Veilig wonen
Een van de belangrijkste redenen voor senioren om te verhuizen is de behoefte aan meer veiligheid. Veilig wonen is onderverdeeld in:
1. Inbraakveiligheid;
2. Brandveiligheid;
3. Alarm kunnen slaan.
Hierna vragen we u om deze aspecten te beoordelen voor uw woonsituatie.
Inbraakveiligheid
Inbraakwerend hang- en sluitwerk:
- Uw woning is voorzien van het Politiekeurmerk Veilig Wonen;
- OF: voorzien van inbraakwerend hang- en sluitwerk en u kunt zien wie er voor de deur staat zonder de deur helemaal open te doen.
Signalering verdachte situaties:
- De straat is goed verlicht aan de voor- en achterzijde van uw woning;
- deuren zijn voorzien van een buitenlamp met bewegingssensor;
- WhatsApp buurtpreventie of iets vergelijkbaars,
Kies welke omschrijving het beste bij u past en klik op dit antwoord.
Brandveiligheid
Belangrijke maatregelen om brand te voorkomen zijn:
- rookmelders op iedere verdieping;
- een stoppenkast met aardlekschakelaar;
- meterkast vrij van brandbare spullen (geen opslag oud papier);
- uw mobiele telefoon overdag opladen;
- goedgekeurde, niet beschadigde stekkerdozen;
- kookplaat-/gasfornuisbeveiliging;
- CV-installatie, geiser en/of gasfornuis tweejaarlijks onderhouden;
- elektrische kaarsen in plaats van traditionele.
Indien van toepassing:
- na droogbeurt pluizenfilter wasdroger legen;
- schoorsteen jaarlijks laten vegen;
- asbak met deksel.
Kies welke omschrijving het beste bij u past en klik op dit antwoord.
Alarmeren
Zelfstandig zijn is veel waard. Maar wat als u plotseling onwel wordt? Of u zich onveilig voelt in een situatie? Dan is het fijn als u iemand kunt alarmeren, mits u uiteraard daartoe in staat bent.
Kies welke omschrijving het beste bij u past en klik op dit antwoord.
Thema - Seniorvriendelijke woonomgeving
Ook de woningomgeving is een belangrijk aspect voor uw zelfredzaamheid. Belangrijk voor een seniorvriendelijke woonomgeving zijn:
- Basisvoorzieningen zoals supermarkt of huisarts op loopafstand;
- Fijne plekken waar u anderen kunt ontmoeten;
- Woonomgeving die uitnodigt om op pad te gaan.
Hierna vragen wij u om deze aspecten te beoordelen voor uw woonomgeving.
Basisvoorzieningen
Voorzieningen op loopafstand (maximaal 20 minuten) maken u minder afhankelijk van anderen. Basisvoorzieningen zijn:
- huisarts en apotheek;
- supermarkt;
- geldautomaat of de mogelijkheid om te pinnen in winkels;
- brievenbus;
- openbaar vervoer of regiotaxi.
Kies welke omschrijving het beste bij u past en klik op dit antwoord.
Ontmoetingsplekken
Buurtgenoten die elkaar regelmatig ontmoeten zijn meer betrokken bij elkaar. En dat heeft positieve effecten. Het vergroot het woonplezier, versterkt de sociale samenhang en mensen voelen zich veiliger in de buurt.
Daarom zijn ontmoetingsplekken belangrijk. Bijvoorbeeld een buurthuis, wijkcentrum, verenigingsgebouw, buurthuiskamer, de kerk of het ontmoetingscentrum van een zorginstelling. Daarnaast is het belangrijk dat er een aantrekkelijk aanbod van activiteiten is. Anders maken mensen geen gebruik van de ontmoetingsplekken.
Kies welke omschrijving het beste bij u past en klik op dit antwoord.
Beweging
Een seniorvriendelijke woonomgeving heeft:
- voldoende rustbankjes;
- duidelijke bewegwijzering en opvallende herkenningspunten;
- brede voetpaden zonder obstakels en een vlakke bestrating;
- een veilige (lange) oversteektijd bij voetgangerslichten;
- brede fietspaden gescheiden van de rijbaan;
- een veilige (lange) oversteektijd bij fietsstoplichten.
Kies welke omschrijving het beste bij u past en klik op dit antwoord.
Thema - Levensloopgeschikte woning
Een levensloopgeschikte woning is geschikt, of eenvoudig geschikt te maken, om tot op hoge leeftijd te kunnen wonen. Ook als u gebruik maakt van een rollator, scootmobiel of ander loophulpmiddel.
Vaak zijn aanpassingen aan uw woning nodig om deze geschikt te maken. Soms is verhuizen een betere optie. Sommige aanpassingen kunnen worden vergoed vanuit de Wmo. De meeste gemeenten hanteren een maximumvergoeding van €10.000. In dit deel van de Langer Thuis Scan beoordeelt u of uw woning geschikt is om te wonen als u hulpmiddelen nodig heeft bij het lopen.
U kunt de vragen ook gebruiken als u overweegt te verhuizen en om te bepalen aan welke eisen een nieuwe woning moet voldoen.
Toegankelijkheid woning
Eisen aan een levensloopgeschikte woning:
- een invalidenparkeerplaats binnen 50 meter;
- geen abrubte hoogteverschillen in de looproute van het trottoir naar de woning;
- pad naar voordeur niet te stijl voor mensen met loopbeperking;
- pad naar voordeur tenminste 90 cm breed;
- toegangsdrempel maximaal 4 cm hoog;
- deuropeningen minimaal 80 cm breed;
- ruimte voor stalling scootmobiel of driewieler bij woning.
Specifiek voor appartementen:
- aanwezigheid van een lift.
Verplaatsing binnen woning
Eisen aan een levensloopbestendige woning:
- minimaal één slaapkamer en badkamer bereikbaar zonder trap of bereikbaar met een traplift;
- drempels maximaal 2 centimeter hoog of voorzien van drempelhulpen;
- deuren en gangen tenminste 80 cm breed;
- voldoende manouvreerruimte met een loophulpmiddel (bijvoorbeeld een rollator of looprek).
Toegankelijkheid sanitair
Eisen aan een levensloopgeschikte woning:
- drempel van toilet en badkamer maximaal 2 cm hoog of voorzien van een oploopdorpel;
- badkamer: een inloopdouche;
- badkamer: ruimte om u zittend te kunnen wassen;
- badkamer: genoeg ruimte om met een loophulpmiddel uit de voeten te kunnen;
- meest toegankelijke toilet: ruim genoeg voor overstap van loophulpmiddel naar toilet.